Met een heel dubbel gevoel zit ik nu in mijn hotelkamer in Houma. Aan de ene kant ben ik blij dat we na een maand taal- en cultuurles in Taiyuan nu eindelijk aan de vrijwilligersprojecten beginnen. Maar aan de andere kant heb ik –merk ik net- nu gewoon letterlijk buikpijn van wat ik net gezien heb.
We zijn vanmorgen namelijk met de bus naar Houma gereden, nadat we afscheid hadden genomen van Taiyuan en de mensen van de universiteit. Waar Taiyuan 3,2 miljoen inwoners telt, is Houma een stuk kleiner met slechts 700.000 inwoners. Kleiner en groener. Eindelijk zagen we groene landschappen vanuit de bus. En bomen in de stad. Dat scheelt al.
Eenmaal in Houma konden we ons settelen in een behoorlijk goed hotel. Daar blijven we alleen vandaag. Morgen vertrekt iedereen dan naar de verschillende projecten. Het hotel zit echter vlakbij het weeshuis en de oogkliniek, dus daar zijn we net gaan kijken.
Op de eerste vier foto’s zie je Father Duan, die alles hier voor ons georganiseerd heeft. Het was wel apart om hem na alle verhalen eindelijk in het echt te zien, want iedereen verwachtte een 76-jarige man met een baard en monnikenkledij of iets dergelijks. Dat klopte niet helemaal. Na onze welkomstlunch waar we ook de tolken voor de projecten ontmoetten (met de zelfgekozen Engelse namen Sophie, Isaac, Apple en Cabbage!) bracht hij ons naar de oogkliniek, waarvan je een kapotte lamp ziet die buiten lag, een zak vol met flesjes voor naar ik aanneem oogdruppels en het verblijf van de groep die er gaat werken. Lekkere zachte bedden, zoals je kunt zien!
Daarna liepen we door naar het weeshuis, dat een paar honderd meter van de oogkliniek af zit. Eenmaal daar konden we direct naar binnen kijken in een grote ruimte waar een zestal kinderen in de leeftijd tussen de 2 en 5 zaten te eten. Ik zwaaide naar ze en een jongetje zwaaide direct terug, stond op en sprong meteen in mijn armen. Hij is het jongetje op de eerste foto hieronder.
Daarna begroetten we de andere kinderen. Ik schrok van de hazelip bij een van de kleinere jongens. Later bleek dat er nog vijf kinderen waren met hazelippen. Ik wat ook ontdaan door de accommodatie. In een aantal gebouwen met een soort binnenplaats in het midden, zitten verschillende kamers waarin drie, vier of vijf bedjes staan. Overal liggen, zitten en staan kinderen. Veel zonder ondergoed, bijna allemaal gehandicapt. De vloeren zijn van steen en ik dacht meteen dat die in de winter ijskoud moeten zijn. Dat werd bevestigd door Andrea, die hier vorig jaar in november al even was. De muren waren redelijk schoon, maar duidelijk in geen tijden geverfd.
Mijn eerste gedachten waren dan ook: die zes kinderen met hazelip moeten we helpen, er moet een nieuwe vloer komen en de muren moeten worden geverfd. Zoveel ideeën tegelijk was voor de meeste mensen uit onze groep wat veel, maar volgens mij moet het kunnen. Ik heb direct gevraagd wat de operatie voor de kinderen zou kosten. Uitgaande van drie operaties per kind is dat in totaal 5400 euro. Dat moet te doen zijn. Ik zit zelf vanaf morgen drie weken op het platteland, maar de drie weken daarna zit ik in het weeshuis. Bij deze dus alvast de oproep om nog meer geld over te maken… Ik wil hier niet weg voordat we die kinderen kunnen helpen. Ik heb foto’s van drie van hen gemaakt. Alleen als ze de operatie krijgen, hebben ze kans op adoptie. Want we hebben het hier dus over kinderen die door hun ouders gedumpt zijn omdat ze een hazelip hebben.
Mocht je willen helpen, stort dan zo snel mogelijk (zoveel mogelijk) geld op rekening 3559.10.977 ten name van CDM Verdel te Rotterdam, onder vermelding van ‘weeshuis China’. Ik hoop dat we die 5.400 euro bij elkaar krijgen!!
Los van de operaties is er overigens sowieso meer geld nodig. Geld voor een nieuwe vloer, geld voor verf, geld voor de standaard bekostiging van het personeel, voedsel, elektriciteit en dergelijke. Per jaar heeft het weeshuis 10.000 euro nodig voor die basisvoorzieningen. We hebben met de groep al 4.000 euro bij elkaar, maar dat is goed voor slechts vijf maanden. En ze hebben hier echt problemen om rond te komen. Toen we vanmiddag in het hotel aten, namen de drie zusters die vanuit het weeshuis waren meegekomen bijvoorbeeld bijna al het eten dat over was mee in plastic zakjes. In het weeshuis werken verder vooral oude vrouwen die uit liefde met de kinderen werken. Maar dat is vooral vermaak voor de kinderen. Geld voor specialisten die de kinderen ook iets kunnen leren is er ook niet. Hier geldt dus meer dan waar ook: er is geld nodig. Veel geld.
Ondertussen zit ik dus nog steeds in de hotelkamer. Het was net fantastisch mooi weer, maar dat is in letterlijk twee minuten helemaal omgeslagen. Van een blauwe lucht met veel zon gingen we ineens naar een vreselijke storm en keiharde regen. Het is pikdonker buiten. Ik ga zometeen toch proberen naar een internetcafe te gaan dat hier in de buurt lijkt te zitten. Ik wil dit verhaal online!!