Even heel snel vanuit een internetcafe ergens in Zuid-Afrika (heb maar weinig tijd): Op 8 augustus reed ik met de trein naar Dusseldorf vanwaar ik naar Dubai vloog. Om 05:00 landden we op Dubai Airport, waar het nog pikdonker was. Desondanks was het maar liefst 34 graden. Alsof je door een fohn heen liep, ongelooflijk warm. Na drie uur wachten kon ik doorvliegen naar Kaapstad, waar mijn drie weken durende reis door Zuid-Afrika, Swaziland en Lesotho zou beginnen.
Na aankomst rond 18:00 uur was er nog net genoeg tijd om even naar het waterfront te wandelen met Remco, die ook mee is op de reis. Het werd echter zo snel donker, dat er niet veel anders op zat dan maar even naar de bios te gaan. Het werd ‘My Sister’s Keeper’ die in voorpremiere was. Erg goeie film. De volgende ochtend meldden we ons om 07:45 uur bij Nomad Travel, vanwaar we met 14 anderen op reis gingen.
Net als de dag ervoor reden we met de reistruck weer langs het vliegveld. En dus ook langs de townships van Kaapstad. Lees: sloppenwijken. Ik wist van tevoren niet goed wat ik van Zuid-Afrika moest/kon verwachten. Nu weet ik het wel: het lijkt in NIETS op Sierra Leone, waar ik eerder was (West-Afrika). Sierre Leone heeft niets van wat je hier wel ziet. Zuid-Afrika lijkt nog op het meeste op Nederland, maar dan met bergen. Het is relatief rijk en heel westers. Alleen de sloppenwijken, die keurig door hekken omgeven zijn (…) laten je weten dat er ook een ander Zuid-Afrika is, een waar talloze zwarte mensen moeite hebben om de dag door te komen. Zij hebben nauwelijks kansen om uit hun armoede te komen. Het verschil tussen arm en rijk is werkelijk enorm. Het voelt ook heel raar dat praktisch alle toeristen die je ziet blank zijn, en dat alle bedrijven die je tegenkomt eveneens door blanke mensen gerund worden.
In onze truck zijn de enige zwarte mensen de gids en chauffeur, en zij komen zelf ook niet eens uit Zuid-Afrika, maar uit Zimbabwe.
De reis zelf begon met regen, wat het idee dat we stiekem gewoon nog in Nederland waren nog versterkte. ‘s Avonds op het kampeerterrein bij onze eerste stop klaarde het echter snel op. We telden duizenden sterren en zagen de melkweg in een prachtige waas over de hemel lopen. Super. We vergaten even dat het hier nu winter is zelfs, maar daar werd ik de rest van de nacht wel aan herinnerd: het was koud, koud, koud. Rond de 5 graden ‘s nachts, rond de 18 overdag.
Vandaag hebben we 500km gereden. Onderweg zijn we een grot in geweest en we komen net terug van een bezoek aan een van de vele, vele struisvogelboerderijen hier. Je kon er zelfs op rijden, maar dat heb ik maar even niet gedaan. Nu weer richting een andere kampeerplek.
Oh ja, we zagen op dag 1 al baboons (midden op de weg) en cheetahs. Die laatste helaas in gevangenschap, maar toch. Verder ontplofte de batterijlader in de truck vanmorgen. Een enorme vonkenregen zorgde voor enige schrik en gratis vuurwerk. Je maakt nog eens wat mee. Verder is de taal erg leuk. De hoofdtaal is Engels, maar vrijwel alle borden overal zijn in het Afrikaans, dat ik goed kan lezen en redelijk kan verstaan.
Nog 18 dagen te gaan. Geen idee wanneer ik weer internet heb. Als er nieuws is, sms me. 🙂