Verschenen in: Lokaal Bestuur
Geschreven door: Kirsten Verdel
De klassieke verzorgingsstaat moet plaatsmaken voor een ‘participatiesamenleving’, zei koning Willem-Alexander vorig jaar in zijn troonrede. Na een eerste mediastorm over deze omslag werd het stil, maar na de gemeenteraadsverkiezingen blijken termen als ‘participatie’, ‘eigen kracht’ en ‘samen doen’ in praktisch alle coalitieakkoorden voor te komen. Lokaal Bestuur vroeg zich af: menen we het serieus, of gebruiken we die ‘eigen kracht’ om keiharde bezuinigingen te verbloemen?
Wie: Maarten van den Bos
Wat: Fractievoorzitter in Lingewaard (Gld.) 46.000 inw., PvdA 1 zetel (oppositie)
Er staan een paar prachtige zinnen over de participatiemaatschappij in het coalitieakkoord van Lingewaard!
‘Ja, maar die zijn dan ook rechtstreeks gekopieerd uit een rapport van de Raad voor het Openbaar Bestuur, waarin stond dat de burger steeds minder op de overheid zit te wachten en dat die overheid dus zou moeten veranderen naar meer ondersteunend in plaats van richtinggevend. Ik weet niet of het college hier in staat is die mooie woorden concreet te vertalen.’
De overheid moet niet alleen veranderen om te bezuinigen, maar ook omdat ze haar taken niet kan uitvoeren zonder de kennis en ervaring van anderen, is zo’n zin uit het rapport.
‘Ja, dat is de kern. Het is goed dat er wordt nagedacht over het herdefiniëren van de verhouding tussen staat en burger, maar in de praktijk is het oppassen dat zo’n zin wordt misbruikt voor een simpele bezuinigingsoperatie.’
Toch spreekt het coalitieakkoord wel netjes over ‘maatwerk bieden’, het ‘scheppen van randvoorwaarden’ en het ‘faciliteren van een zorgzame samenleving door sociale verbanden te versterken.’
‘Er is een verschil tussen visie en vaagheid. Hier wordt visie vertaald als: loze vergezichten schetsen. Want tja, hoe doe je dat dan allemaal? Het college heeft beloofd na de zomer met een SMART geformuleerd programma te komen, dat moeten we dus even afwachten.’
Welke suggesties heeft de PvdA?
‘Heel concreet: we zitten nu met de decentralisaties binnen het sociale domein en het daarbij horende risico dat mensen naar de gemeente stappen en zeggen: geef mij wat ik nodig heb of ik stap naar de rechter. Wij willen een gemeentelijke ombudsfunctie die een signalerings- en afhandelingsfunctie heeft om klachten te behandelen. Daarmee haal je je doelstelling: zaken zo goed mogelijk voor de burger in orde te maken. Een ander voorbeeld is dat we een kwakkelend glastuinbouwgebied hebben. Er zijn mensen die het idee hebben om daar een windmolenpark te beginnen, anderen willen er een crematorium. Wij hebben gezegd: laten we het bestemmingsplan veranderen zodat andere bedrijvigheid daar mogelijk is.’
‘Ja, mits’ zegt het college daar toch over?
‘Op papier wel. Maar wij kunnen helpen om een en ander te concretiseren en beleid bij te sturen Ik merk dat het kiezen van zo’n constructieve houding werkt.’
In het coalitieakkoord staat dat het college voorstander is van het heffen van inkomensafhankelijke eigen bijdragen. Hoe verhoudt dat zich tot de ‘eigen kracht’ boodschap en het realiseren van de participatiesamenleving?
‘We moeten bezuinigen, dat is duidelijk. Ik vind het legitiem dat de overheid een eigen bijdrage vraagt aan mensen voor voorzieningen, mits je daarbij rekening houdt met het inkomen. Het is wel van belang dat je probeert te voorkomen dat een stapeling van eigen bijdragen bij de verkeerde mensen terecht komt. Stel dat een gezin met een eigen woning om die reden iets bij moet dragen en ook een eigen bijdrage moet leveren voor het leerlingenvervoer speciaal onderwijs, dan moet het niet zo zijn dat ze alles bij elkaar meer moeten betalen dan ze kunnen dragen.’
Wat vind je van de ‘eigen kracht’ filosofie? Gaan gemeenten daar goed mee om?
‘Ik vind het loos gezwam. Mensen moeten in staat zijn regie te voeren over hun eigen leven. Het is niet voor niets dat bij de invoering van de Algemene Bijstandswet werd gezegd dat dit een wet was waar mensen met opgeheven hoofd gebruik van moesten kunnen maken. Nu worden mensen soms juist betutteld en onder het valse voorwendsel van de participatiesamenleving financieel uitgekleed. Het gekke is ook: we zeggen dat we mensen in hun eigen kracht gaan zetten. Dat is iets wat de overheid dan schijnbaar doet. En dat is nu precies het tegenstrijdige in dat hele eigen kracht verhaal. Aan de ene kant zeg je: dat moeten burgers zelf doen, aan de andere kant zeg je dat je dat als overheid gaat regelen! Wat doe je nu als mensen uit eigen kracht niks meer aan hun eigen huis doen? Het ‘eigen kracht’ verhaal is teveel een sticker geworden die je overal op kunt plakken terwijl we eigenlijk niet precies weten wat je er mee moet.’
Wie: Mark Veenstra
Wat: Fractievoorzitter in Zuidhorn (Gr.)
18.000 inw., PvdA 2 zetels (oppositie)
Is het nieuw in Zuidhorn, het gebruik van de term ‘eigen kracht?’
‘Nee, eerlijk gezegd niet. De ChristenUnie heeft de afgelopen vier jaar de sociale portefeuille gehad in ons college, die terminologie werd door hen toen al gebruikt. In de praktijk zien wij nu vanuit de oppositie dat de verantwoordelijkheid vooral bij de burger neergelegd wordt, mensen moeten het dus kennelijk echt op eigen kracht doen. Er wordt gezegd dat er maatwerk wordt geleverd, maar bijvoorbeeld bij jeugdzorg en schuldsanering zien we niet dat mensen in staat worden gesteld het op eigen kracht te doen. Ze moeten het zelf maar oplossen, lijkt het devies.’
Zegt het coalitieakkoord niets over dat maatwerk?
‘Als PvdA wilden we voor elk dorp, voor elke grote kern een steunpunt hebben voor mantelzorgers. Vanuit dat punt zouden wijkverpleegkundigen en andere experts samen kunnen werken. Het akkoord is echter ongelooflijk vaag. De enige concrete cijfers die we zijn tegengekomen, zijn de paginanummers.’
In het akkoord staat dat de gemeente een ‘meer gelijkwaardige rol’ op zich wil nemen bij dienstverlening aan burgers: ze willen meer thuiskomen bij burgers. Wat houdt dat in?
‘Het idee is dat als je een vraag aan de gemeente hebt, bijvoorbeeld een verzoek voor een traplift, dat de gemeente dan een consulent langs stuurt om te kijken of dat werkelijk nodig is, of dat de buren bijvoorbeeld zorg aan je kunnen verlenen. De intentie om maatwerk te leveren is er daarmee wel, maar in de praktijk heb je het al snel over hele intensieve vormen van hulpverlening. Daar is veel kennis voor nodig. Wij vragen ons af of we die kennis en het apparaat daarvoor wel hebben.’
In het akkoord staat over het maatschappelijk vastgoed dat de gemeente ‘de kosten redelijker wil verdelen’. Dat leest als: bezuinigingen.
‘Ja, zo lezen wij dat ook. Maar hier en daar is het wel reëel. Er zijn bijvoorbeeld wat vergaderzalen waar wel erg weinig gebeurt. Op zich is het goed dat inwoners wordt gevraagd welke locaties er dan moeten blijven.’
Wat betekent ‘de inwoner centraal stellen’ voor jou? Hoe doe je dat?
‘Het is een prachtige marketingterm. De klant centraal. De burger centraal. Het komt uit dezelfde koker. De insteek is goed, maar hoe vul je dat nou in? Vaak gaat het om het ondersteunen van burgerinitiatieven, maar daar is in ieder geval niets nieuws aan.’
Is er dan wel echt iets nieuws aan de eigen kracht filosofie?
‘Nee, in wezen niet. Er wordt gekeken wat de inwoner zelf nog kan om dingen voor elkaar te krijgen. Misschien is het vernieuwende dat het nu gedwongen is, met name in de zorg. Daar moet je enigszins in vernieuwen omdat alle taken bij de gemeente komen te liggen. Maar de juiste invulling daarvan is lastig. Het komt toch veelal neer op bezuinigen.’
Hoe kom je uit die spagaat dat er minder geld is en je tegelijkertijd meer naar de behoeften van burgers wilt luisteren omdat die beter zou weten wat hij nodig heeft?
‘Dat gaat dus niet. Aan de ene kant zeggen dat iemand thuis móet blijven wonen en aan de andere kant vragen óf iemand daar behoefte aan heeft, dat botst.’
Dat eigen kracht verhaal gaat dus niet werken?
‘Inderdaad. Sommige mensen hebben ook helemaal geen eigen kracht, die blijven onder de radar. Daar komt bij, het initiatief voor het besturen van de samenleving moet bij het gemeentebestuur liggen. Waar heb je anders een bestuur voor?’
Wie: Joyce Langenacker
Wat: Wethouder in Haarlem (N-H)
150.000 inw., PvdA 6 zetels (coalitie)
De PvdA zit in het college in Haarlem. Wat kunnen we in het akkoord terugvinden van de filosofie van het kabinet dat mensen meer op eigen kracht moeten doen en minder op de overheid moeten leunen?
‘Het coalitieprogramma heet ‘samen doen.’ Dat is omdat we deels echt meer samen met burgers willen doen uit filosofische overweging, deels ook omdat we daar door de financiële omstandigheden niet onderuit kunnen.’
Wat gaan jullie nu samen met burgers doen wat voorheen nog niet gebeurde?
‘Concreet betekent het dat we meer buurtgericht gaan werken. Door te luisteren naar wat er in de buurten leeft, kunnen we onze dienstverlening inzetten waar dit wordt gevraagd. Dat vraagt om een andere bestuursstijl: meer meedenken en ondersteunen.’
Hoe faciliteer je dat dan?
‘Er zijn tal van taken als onderhoud, beheer, zorg, welzijnswerk en schoonmaken die veel meer vanuit de buurt georganiseerd kunnen worden. Dat kunnen we faciliteren door regels aan te passen, zodat bijvoorbeeld bepaalde ruimtes ook gebruikt mogen worden voor activiteiten die daar nu nog niet zijn toegestaan. We delen daarbij verantwoordelijkheden.’
De zorg wordt financieel uitgekleed. Hoe kun je dat probleem samen oplossen?
‘Je ziet een landelijke trend dat er steeds meer wijkteams komen. De winst daarbij zit mijns inziens in preventie. Door problemen eerder op te sporen kun je dure, lange trajecten voorkomen. Daarmee creëer je een win-win situatie: je bent meer met mensen in contact, je kunt meer maatwerk leveren en je bespaart zo hopelijk toch op de kosten. Dat laatste moet uiteindelijk ook wel. We krijgen immers meer taken die we met relatief minder geld moeten uitvoeren.’
In het coalitieakkoord staan over zorg vooral zinnen als dat het bestuur scherper wil gaan controleren op de uitvoering, bijvoorbeeld op de persoonsgebonden budgetten. Dat klinkt niet als ‘samen doen’?
‘We vinden dat we echt kritisch moeten zijn aan de poort. Maar als mensen daar eenmaal door zijn, proberen we hulp wel volledig financieel mogelijk te maken. We moeten wel kijken of familie en omgeving iets kunnen doen. Ons doel is om maatwerk te bieden op zowel basiszorg als specialistische zorg.’
Je zei net dat er regels moeten verdwijnen. Welke worden dat?
‘Neem handhaving: we moeten in totaal 10 miljoen bezuinigen, waarvan we 800.000 euro hebben geboekt op handhaving. In de praktijk betekent dat dat we minder kunnen handhaven. We schrappen onder andere in de regels voor verbouwingen aan woningen. Dat levert aan de ene kant meer ruimte op voor mensen die zelf iets willen en aan de andere kant kunnen wij zo die besparing realiseren.’