Gisteren zouden we met de auto de Tourmalet oprijden, om ergens bovenaan de berg dan naar de etappe te kijken. Het plan leek echter in duigen te vallen toen we te laat bij de berg aangekomen bleken te zijn.We waren al om zes uur ‘s morgens gaan rijden, maar toen we om 08:10 uur bij de berg aankwamen, bleek die om 08:00 uur al voor auto’s afgesloten te zijn door de gendarmerie.
We parkeerden de auto dan maar aan de voet van de berg en besloten een stukje omhoog te lopen. Een paar kilometer ofzo. En daar waren we dus ook op voorbereid: te zwaar bepakt, ik op slippers zonder sokken. Dat ging dus niet.Gelukkig had ik wel mijn hardloopschoenen in mijn tas, maar zonder sokken leverde dat al snel blaren op. Toch doorlopen. Na pakweg 6 km bedachten we dat het wel leuk zou zijn om helemaal omhoog te lopen. In de brandende zon dus…
Rond het 13 kilometerpunt gaf Marco het op. Hij zetelde zich op een terrasje met mooi uitzicht op het parcours. Ik wist daar sokken te scoren en daarna liep ik met Remco verder de berg op, die 18km hoog bleek te zijn, waarbij de laatste paar kilometer nog steiler waren dan de 9,5% gemiddeld van het eerste deel. De laatste kilometer was killing, maar het kon nog erger: een van de vele fietsers die mij passeerde riep ‘Push me, push me’. Ik dacht eerst dat hij een grapje maakte, maar ineens volgde er een ‘please” achteraan die geen enkele ruimte voor twijfel overliet. Ik begon te rennen en te duwen, precies op het moeilijkste stuk van de berg. Na pakweg 400 meter moest ik het opgeven: te veel hitte, gebrek aan zuurstof, zere benen, pijnlijke voeten… er zjin grenzen. 🙂
De berg daarna gewoon verder oplopen was geen probleem. Eenmaal boven maakten we wat foto’s, waarna we weer snel naar beneden liepen. Ik had al 6km niets gedronken en was redelijk moe. Toen er een auto van de publiciteitskaravaan langskwam die bolletjestruien aan het uitdelen was aan het publiek, drong ik mezelf snel naar voren: die had ik wel verdiend! En soms is het nuttig om een lange Nederlander te zijn, zo bleek, want ik ving er direct een op. Daarna liep ik verder naar beneden, op zoek naar Marco’s terras. Dat ging zo lekker, dat ik uiteindelijk maar een paar kilometer ging rennen. Na 18km bergop en 5km bergaf gelopen te hebben, kwam ik bij het terras aan (Remco wat later), waar we vervolgens op het passeren van het peloton wachtten.
De sfeer was geweldig. Er stonden tienduizenden mensen langs het parcours, we hadden muziek, drank, eten en uitzicht en het weer was geweldig. Al snel kwamen de twee koplopers langs, waarna Armstrong, Contador cs volgden, en vervolgens de rest van het peloton, in iets van 20 uiteengevallen kleine groepjes. De Tourmalet had veel renners zichtbaar gesloopt.
Zodra de karavaan voorbij was, liepen we weer naar beneden. We waren uitgeput, maar moesten nog 13,5 km tot onderaan de berg. Kilometers langs probeerden we te liften, maar niemand stopte. Onze wraak was dan ook zoet toen de auto’s ineens in een fiel kwamen te staan, die bleef stilstaan in de twee uur dat wij naar beneden liepen. We haalden elke auto weer in die ons zo hard voorbij was gereden. Eenmaal beneden konden wij zo instappen en wegrijden. Touche!
Daar moet overigens wel bij gezegd worden dat ik vandaag enorm veel spierpijn heb, en blaren waar je u tegen zegt. maar ach. We zijn inmiddels bij Tom’s huis, waar we nu twee nachten verblijven. Vanmorgen hebben we zelfs paard gereden! Dat kan hier bij Tom namelijk, die niet voor niets de website